Het is essentieel om te weten of de aardlekschakelaar of de installatieautomaat is uitgevallen voordat je verdergaat met het oplossen van het probleem.

Een aardlekschakelaar is een veiligheidsvoorziening die ontworpen is om je te beschermen tegen elektrische schokken. Als er een fout optreedt in het elektrische systeem, zal de aardlekschakelaar uitschakelen en de stroomtoevoer onderbreken. Een aardlekschakelaar is vaak verbonden met maximaal vier installatieautomaten of groepen, waarbij één van deze groepen een fout kan hebben. Om te voorkomen dat alle vier de groepen geen stroom meer hebben, kun je de volgende stappen volgen:

  1. Schakel alle groepen uit die verbonden zijn met de uitgeschakelde aardlekschakelaar.

  2. Zet de aardlekschakelaar weer aan.

  3. Schakel de groepen één voor één in totdat de aardlekschakelaar opnieuw uitschakelt. Op dit moment weet je op welke groep de storing zich bevindt.

  4. Schakel alle groepen weer uit en onthoud op welke groep de storing is opgetreden (wanneer de aardlekschakelaar uitschakelde).

  5. Zet de aardlekschakelaar weer aan.

  6. Nu kun je alle groepen behalve degene waarop de storing zich bevindt weer inschakelen.

Op deze manier heb je weer stroom op alle groepen, behalve op degene waarop de storing zich bevindt.

Het is raadzaam om zo snel mogelijk een afspraak te maken zodat een professional de storing kan onderzoeken en verhelpen.

Wanneer een installatieautomaat uitvalt zit er een storing op uw installatie. Om uit te sluiten of het in uw installatie zit of in een van uw apparaten kunt u het volgende doen.

1. Haal alle apparaten uit het stopcontact die op de uitgevallen groep zitten.

2. Zet de groep weer om. wanneer deze gelijk uitvalt neem dan contact op om naar uw installatie te laten kijken. Wanneer deze aan blijft kunt u verder gaan naar punt 3. 

3. Stop een voor een de apparaten weer in het stopcontact tot de groep uitvalt. Wanneer dit gebeurt is het laatst geplaatste apparaat waarschijnlijk defect of zorgt voor een te hoge belasting op de groep. Laat deze dan nakijken door een monteur.

Een algehele stroomstoring in huis kan verschillende oorzaken hebben, zoals een probleem met de elektrische bedrading of de netbeheerder die werkt aan het elektriciteitsnet. Controleer eerst de meterkast om te zien of de aardlekschakelaar is uitgevallen. Schakel deze indien nodig weer in. Als de aardlekschakelaar in orde is, controleer dan de hoofdzekering en de buren om te bepalen of het een probleem in je woning betreft of een bredere stroomstoring. Neem contact op met de netbeheerder voor verdere assistentie.
Knipperende lampen kunnen een teken zijn van een losse verbinding, een laag voltage of een probleem met de lichtschakelaar. Controleer eerst of de lampen goed zijn vastgedraaid. Als het probleem aanhoudt, schakel dan de betreffende lichtschakelaar uit en weer in om te controleren of dit de verbinding herstelt. Als de lampen nog steeds knipperen, kan er mogelijk een probleem zijn met de bedrading. In dat geval is het raadzaam om een elektricien te raadplegen om het probleem op te lossen.
Als een stopcontact in je huis niet werkt, kan dit te wijten zijn aan een probleem met de bedrading of een defect stopcontact. Controleer eerst of het probleem niet wordt veroorzaakt door het apparaat dat je op het stopcontact aansluit. Probeer een ander apparaat om te zien of het stopcontact nog steeds niet werkt. Als dat het geval is, schakel dan de betreffende installatieautomaat in de meterkast in en uit. Als het stopcontact nog steeds niet werkt, kan er een probleem zijn met de bedrading. Raadpleeg een professionele elektricien om het probleem te verhelpen.
Een overbelasting van het elektrische systeem kan leiden tot uitvallen van installatieautomaten of zelfs brandgevaar. Om overbelasting te voorkomen, verdeel het gebruik van elektrische apparaten gelijkmatig over verschillende groepen in je woning. Zorg ervoor dat je geen zware elektrische apparaten op één enkel stopcontact aansluit. Als je merkt dat de installatieautomaten herhaaldelijk uitvallen, overweeg dan om een elektricien te raadplegen om je elektrische systeem te controleren en indien nodig aan te passen.
Als een zekering is gesprongen, betekent dit meestal dat er een overbelasting of kortsluiting is opgetreden. Ga naar de meterkast en zoek de gesprongen zekering. Schakel eerst de bijbehorende schakelaar uit en vervang de zekering door een nieuwe van hetzelfde type en met dezelfde ampèrage. Als de nieuwe zekering opnieuw doorslaat, kan er sprake zijn van een probleem met een apparaat of de bedrading. Schakel in dat geval een professionele elektricien in.
Elektrische schokken kunnen gevaarlijk zijn en wijzen vaak op een probleem met het elektrische systeem. Om elektrische schokken te voorkomen, controleer regelmatig de staat van stopcontacten en schakelaars. Als je een schok krijgt bij het aanraken van een apparaat, stop dan onmiddellijk met het gebruik ervan en schakel het uit. Laat het apparaat nakijken door een gekwalificeerde elektricien om het probleem te identificeren en te verhelpen.
Als je verlichting onverwachts dimt, kan dit te wijten zijn aan een probleem met de spanningsregeling. Controleer of de dimschakelaar correct is ingesteld en niet defect is. Als het probleem aanhoudt, kan er mogelijk sprake zijn van een overbelasting in het elektrische systeem. Controleer of er te veel zware apparaten op hetzelfde circuit zijn aangesloten en verdeel de belasting indien nodig. Als het probleem blijft bestaan, is het raadzaam om een elektricien te raadplegen.
Als je een ongebruikelijke elektrische geur in huis ruikt, kan dit duiden op een ernstig probleem in het elektrische systeem. Schakel onmiddellijk de betreffende installatieautomaat uit en schakel apparaten uit die mogelijk het probleem veroorzaken. Neem contact op met een professionele elektricien om het probleem te onderzoeken en te verhelpen. Het negeren van een elektrische geur kan leiden tot brandgevaar en andere ernstige schade, dus handel snel en laat het probleem door een expert beoordelen.